Delft
Bron

Op deze prent kun je zieke koeien zien. De prent is gemaakt in 1745 en gaat over de veepest die toen heerste. In de 18e eeuw breekt een paar keer de veepest uit. Koeien worden ziek en gaan dood. Sommige boeren houden zelfs helemaal geen koeien over.

In 1745 is de veepest heel heftig. De boer Paulus van der Spek woont in Delfgauw en schrijft erover. Hij noteert: ‘Waar men quam, men sag dode lighame van runderen.’ Hij schrijft ook dat mensen van alles proberen, maar dat God de veepest niet laat stoppen. In die tijd zien mensen de veepest als een straf van God omdat ze niet vroom genoeg leven. Ook op veel prenten en pamfletten uit die tijd staat dat de veepest een staf van God was.

Als de veepest na een paar jaar weggaat, blijven mensen alert. Als een boer een koe van de ene stad naar de andere wil brengen, moet hij bewijzen dat zijn dieren gezond zijn. Dat doet hij met een briefje van een getuige. Iemand anders moet hebben gezien dat op zijn boerderij geen zieke dieren zijn. Zulke briefjes zijn veel bewaard gebleven, ook briefjes van Paulus van der Spek.

Herkomst

Maker

Onbekend

Datering

1744 - 1755

Collectie

Stadsarchief Delft

Organisatie

Erfgoed Delft

Nummer

Archief 598, inv.nr. 678

Link

https://hdl.handle.net/21.12115/NL-DtAD6151017