Als de Tweede Wereldoorlog in mei 1940 uitbreekt, begint Sara Spijker aan een dagboek. Sara is 33 jaar oud, ze werkt op kantoor en woont bij haar ouders aan de Voldersgracht.
Veel Nederlanders houden tijdens de oorlog een dagboek bij. Je leest daarin hoe het gewone leven doorgaat tijdens de bezetting. Sara Spijker zit niet ondergedoken, ze wordt niet vervolgd en ze is ook geen verzetsheldin. De aantekeningen in Sara’s dagboek zijn juist daarom extra herkenbaar. Wat merkt een gewone Delftse jonge vrouw van de oorlog in Delft?
Vijf jaar lang schrijft Sara over de verschrikkingen van de oorlog, over de militairen in de stad en over de honger die aan iedereen knaagt. Maar ze schrijft ook over dagelijkse zaken als een verjaardag van een vriendin of een avondje bioscoop. Als de oorlog in 1945 is afgelopen stopt Sara ook met haar dagboek. Ze heeft dan zeven schriften volgeschreven, 860 pagina’s in totaal.
Meer lezen over de dagboeken?
https://www.stadsarchiefdelft.nl/delft365/gevaarlijke-schrijfsels
Je kunt de dagboeken ook digitaal doorbladeren.
